De sculpturen van beeldend kunstenaar Sander Goosen (1965) laten zich niet makkelijk in woorden vatten. De beelden zijn mysterieus, geheimzinnig; er is geen eenduidige betekenis die de toeschouwer in het werk van Goosen kan aantreffen.
Vanaf 8 september is het werk van Sander Goosen te zien in SBK Galerie 3 in Amsterdam Noord. De opening is op zaterdag 8 september 2018 om 15.00 uur. Je bent van harte uitgenodigd.
De werken van Goosen hebben geen titel; deze zou het meerduidige karakter van het beeld alleen maar in de weg zitten.
De betekenis van de werken van Goosen ligt dus niet in de taal of in het conceptuele, maar in het materiële; in de ruimtelijkheid. De sculpturen vormen autonome objecten, die op een bepaalde manier alles al in zich besloten hebben. De beelden zijn abstract, maar blijven altijd in dialoog met de werkelijkheid. Toeschouwers kunnen dus zelf hun associaties op het werk loslaten; lijkt het werk op een insect? Op een ruimteschip? Het is precies dit associatieve en intuïtieve karakter, dat ook leidend is voor de werkwijze van de kunstenaar. Goosen haalt veel inspiratie uit vormen en objecten uit de werkelijkheid. Zo vormt de architectuur een grote bron van inspiratie. Het werk van Goosen is dan ook bij uitstek architecturaal; de kunstenaar stelt zichzelf regelmatig voor dat hij zo klein is dat hij zich als het ware door zijn eigen werk heen kan bewegen.
De werkwijze van Goosen is speels en onderzoekend. Voortdurend worden er nieuwe vormen en materialen ontdekt. Zijn methode is het best te omschrijven als een construeren; vanuit kleinere elementen wordt er langzaam een geheel opgebouwd. Er gaat geen concept vooraf aan deze constructie; het beeld ontstaat als het ware. Hierbij is het principe dat het geheel meer is dan de som der delen leidend. De verschillende elementen binnen een werk van Goosen zijn dus in dialoog met elkaar. Het werk is dan ook pas af als al deze verhoudingen precies kloppen; vanaf dat moment gaan alle losse elementen op in het geheel.
Het meest recente werk van Goosen is geometrisch, en gemaakt van donker staal, afgewisseld met kleurige vlakken. Op eerste gezicht lijkt dit ver af te staan van het figuratieve werk in het eerste stadium, en het organische werk in een later stadium. Toch heeft het juist de constructieve methode die aan dit werk ten grondslag ligt gemeen met deze twee eerdere groepen werken. In deze industriële, geometrische sculpturen is de constructie uit kleinere elementen zeer prominent. Ook het materiaal – de profielen die Goosen gebruikt zijn oorspronkelijk fabrieksproducten – benadrukken de constructie. Dit levert een intrigerende spanning op in het werk van Goosen; enerzijds is het werk geconstrueerd uit allemaal kleinere elementen en anderzijds vormt het werk toch een perfect geheel. Het is deze spanning die zorgt dat de beelden de toeschouwer lang in hun greep houden. Ook dit werk geeft aanleiding tot een verdere verkenning; een die niet op papier kan plaatsvinden, maar enkel in de ruimte.